Het Fundament van Apostelen en Profeten

Gepubliceerd op 18 april 2025 om 19:00

Efeze 2 (HSV)

11-22: Bedenk daarom dat u die voorheen heidenen was in het vlees en die onbesnedenen genoemd werd door hen die genoemd worden besnijdenis in het vlees, die met de hand gebeurt, dat u in die tijd zonder Christus was, vervreemd van het burgerschap van Israël en vreemdelingen wat betreft de verbonden van de belofte. U had geen hoop en was zonder God in de wereld. Maar nu, in Christus Jezus, bent u, die voorheen veraf was, door het bloed van Christus dichtbij gekomen. Want Hij is onze vrede, Die beiden één gemaakt heeft. En door de tussenmuur, die scheiding maakte, af te breken, heeft Hij de vijandschap in Zijn vlees tenietgedaan, namelijk de wet van de geboden, die uit bepalingen bestond, opdat Hij die twee in Zichzelf tot één nieuwe mens zou scheppen en zo vrede zou maken, en opdat Hij die beiden in één lichaam met God zou verzoenen door het kruis, waaraan Hij de vijandschap gedood heeft. En bij Zijn komst heeft Hij door het Evangelie vrede verkondigd aan u die veraf was, en aan hen die dichtbij waren. Want door Hem hebben wij beiden door één Geest de toegang tot de Vader. Zo bent u dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is, en op Wie het hele gebouw, goed samengevoegd, verrijst tot een heilige tempel in de Heere; op Wie ook u mede gebouwd wordt tot een woning van God, in de Geest.

Efeze 3 (HSV)

1-7: Om deze reden ben ik, Paulus, de gevangene van Christus Jezus, voor u, die heidenen bent, als u tenminste gehoord hebt van de uitdeling van de genade van God die aan mij gegeven is ten behoeve van u, dat Hij mij door openbaring dit geheimenis bekendgemaakt heeft (zoals ik eerder in het kort geschreven heb; waaraan u, als u dit leest, mijn inzicht kunt bemerken in het geheimenis van Christus), dat in andere tijden niet bekendgemaakt is aan de mensenkinderen, zoals het nu geopenbaard is aan Zijn heilige apostelen en profeten door de Geest, namelijk dat de heidenen mede-erfgenamen zijn en tot hetzelfde lichaam behoren en mededeelgenoten zijn van Zijn belofte in Christus, door het Evangelie, waarvan ik een dienaar geworden ben, krachtens de gave van de genade van God, die mij gegeven is, overeenkomstig de werking van Zijn kracht.

Het mysterie van Christus

Bovenstaande citaat is vrij uitgebreid, maar het is belangrijk om goed te begrijpen wat Paulus hier bedoelt. Als het gaat om de rol van Apostelen en Profeten in de Kerk vandaag, is dit eigenlijk geen bruikbare tekst (ook al wordt die soms wel zo gebruikt). 

Paulus schrijft over het mysterie van Christus dat hem geopenbaard is en dat mysterie is groot, zo groot dat die zelfs vandaag vaak niet goed wordt begrepen. Een ander woord voor mysterie is geheimenis. Hierbij moet je niet aan een soort geheim dat niemand mag kennen, maar aan iets ondenkbaars dat alleen door openbaring gekend kan worden. Het mysterie is zo ondenkbaar dat het voor Paulus alleen te accepteren was door openbaring door de Geest. Dit mysterie is het fundament voor de Kerk. Aan Paulus en andere apostelen en profeten was dit kenbaar gemaakt, zodat deze openbaring het fundament vormde voor heel de Kerk en haar toekomst. (Dit is dus wat anders dan de gave van Christus in Efeze 4, zoals in andere meditaties besproken wordt.) Wat houdt dit mysterie precies in?

Het mysterie gaat om de inclusie van de heidenen in Gods volk. Iedere gelovige wordt zo in eenheid met Christus deel van het ware Israël. Dit is geen vervangingstheologie, maar hooguit Bijbelse theologie. Ik las laatst dat iemand benadrukte dat het toch echt gaat om medeburgerschap in Israël. De nadruk op dit ‘mede-’ is terecht, want zo staat het er inderdaad in het Grieks. Alleen staat er ook in het Grieks (en ook in elke vertaling) dat de Hoeksteen in dit alles Christus zelf is. Jezus zelf heeft er met Zijn bloed voor betaald om Gods nieuwe mensheid te vormen. Wie dus aan etnisch Israël een aparte plaats toekent, doet niets minder dan Jezus Christus in Zijn gezicht spugen en ontkennen wat Zijn offer heeft bewerkt. Ik kan mij voorstellen dat je je afvraagt of Joden nu eigenlijk benadeeld zijn door Christus’ komst? Ik bedoel dat het lijkt alsof zij eerst automatisch deel namen aan Gods beloften en nu ook nog moeten geloven in de Messias. Dit is eigenlijk te kort door de bocht.

Verlossing en verzoening voor de Joden

In het kort komt het erop neer dat deze vraag onterecht is. Het is niet zo dat Joden eerst tot Gods volk behoorden en gered waren, maar door Christus opeens aan extra voorwaarden moesten voldoen om erbij te horen en verlost te zijn. Het is wel waar dat zij door God gekozen waren om een licht voor de volken te zijn, maar het is niet waar dat zij opeens hun verlossing verloren door Christus’ komst. Zoals duidelijk wordt in bijvoorbeeld Lukas 1 zagen de Joden uit naar Gods verlossing (van hun vijanden, zoals de Romeinen). Met andere woorden: de Joden waren nog niet verlost voor Christus’ komst en hadden nog verzoening met God nodig. Hun verbond met God was juist de aanleiding dat zij schuldig stonden ten opzichte van God, omdat zij continu het verbond verbroken hadden. Zij waren wel Gods volk, maar wel het ongehoorzame volk. En dan is de komst van de Messias juist goed nieuws.

Door de Messias was er verzoening bewerkt tussen God en Zijn volk. Alleen laat het mysterie waar Paulus over spreekt, zien dat deze verzoening nog veel verder gaat dan de Joden durfden dromen. Deze Messias had de Romeinen niet weggejaagd en de Tempel opnieuw ingewijd, zodat Gods heerlijkheid daar kon wonen. Door deze Messias was Gods verlossing en heerlijkheid veel dichterbij gekomen. Gods Zoon was als Messias afgedaald en had de macht van het Kwaad gebroken (zie ook Efeze 4 en 6). Zo werd niet alleen het verbond vernieuwd, maar ook het Kwaad dat aanleiding was voor de verbondsbreuk aangepakt. Daarnaast was het niet Gods bedoeling dat Zijn heerlijkheid alleen maar in Jeruzalem zou gaan wonen in een stenen Tempel (kijk maar naar de rede van Stefanus in Handelingen 7).

Wees gewaarschuwd

Door heel het Nieuwe Testament wordt duidelijk gemaakt dat de Gemeenschap rondom de Messias de ware Tempel van God vormt. Op die manier worden de profetieën, zoals in Ezechiël, vervuld op een ondenkbare wijze (voor mensen, maar niet voor God). Jezus is de beloofde en ware Messias. Hij bouwt Gods ware Tempel. Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest zegt.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.