Verbondsvernieuwing

Gepubliceerd op 26 juni 2025 om 19:00

Jeremia 31 (HSV)

31-34: Zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten, niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ík hen getrouwd had, spreekt de HEERE. Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn. Dan zullen zij niet meer eenieder zijn naaste en eenieder zijn broeder onderwijzen door te zeggen: Ken de HEERE, want zij zullen Mij allen kennen, vanaf hun kleinste tot hun grootste toe, spreekt de HEERE. Want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en aan hun zonde niet meer denken.

Deuteronomium 30 (HSV)

1-6: Het zal gebeuren, wanneer al deze dingen, de zegen en de vervloeking die ik u voorgehouden heb, over u komen, dat u het weer ter harte zult nemen onder alle volken waarheen de HEERE, uw God, u verdreven heeft. En u zult zich bekeren tot de HEERE, uw God, en Zijn stem gehoorzaam zijn, u en uw kinderen, met heel uw hart en met heel uw ziel, overeenkomstig alles wat ik u heden gebied. Dan zal de HEERE, uw God, een omkeer brengen in uw gevangenschap en Zich over u ontfermen. Hij zal u weer bijeenbrengen uit al de volken waarheen de HEERE, uw God, u verspreid had. Al bevonden uw verdrevenen zich aan het einde van de hemel, toch zal de HEERE, uw God, u vandaar bijeenbrengen en u vandaar weghalen. En de HEERE, uw God, zal u naar het land brengen dat uw vaderen in bezit hadden, en u zult het weer in bezit nemen; en Hij zal u goeddoen en u talrijker maken dan uw vaderen. De HEERE, uw God, zal uw hart en het hart van uw nageslacht besnijden, om de HEERE, uw God, lief te hebben met heel uw hart en met heel uw ziel, zodat u leven zult.

Persoonlijke godservaringen en algemeen geloof

Ik had nog niet zo lang geleden een bijzondere godservaring gehad. Het was een moment waarin ik persoonlijk Gods genade ervaren hard en mijn hart daarmee vervuld was. Niet lang daarna stuitte ik op Jeremia 31:31-34. Je kunt je vast wel voorstellen dat ik enorm geraakt was door deze tekst. Ik herkende veel van mijn eigen ervaring. Namelijk dat God Zijn liefde in mijn hart had uitgestort en ik hem persoonlijk leerde kennen. Ik bedoel dit met nadruk op ‘persoonlijk’, want ik wist al wel wie God was door mijn christelijke opvoeding. Ik ben zelfs zeer dankbaar dat ik mocht opgroeien in een christelijk gezin, waarbij ik ook naar een serieus christelijke school en naar de kerk mocht gaan. Ik ben ervan overtuigd dat God dit zeker heeft gebruikt om mij klaar te stomen voor mijn roeping. Het is voor mij daarom ook onmogelijk om te denken dat ik voor deze persoonlijke ervaring helemaal nog geen kind van God was. Toch is deze persoonlijke ervaring voor mij wel een bijzonder moment geweest in mijn relatie met mijn Vader die ik niet had willen missen. Jeremia 31 spreekt ook over een onmisbaar moment voor ons geloof. Het gaat dan niet per se om zomaar een persoonlijke Godservaring, maar om een cruciaal moment in Gods heilsplan. Hieronder zal ik proberen toe te lichten waarom dit zo belangrijk is.

Een nieuw verbond

Jeremia 31 gaat over het nieuwe verbond dat God zal sluiten. Het is hierbij essentieel om in te zien dat dit verbond in het licht staat van het verbond dat God eerder gesloten heeft met het volk Israël na de Exodus. Zoals ik al eerder aangaf, wordt dit verbond beschreven in Deuteronomium en treedt bijvoorbeeld de profeet Jesaja in het licht van dit verbond op onder Gods volk. Daarbij weten wij door de profeet Jeremia dat dit verbond verbroken (letterlijk: geschonden) is. Ondanks de trouw en barmhartig die God aan Zijn volk getoond heeft, blijkt het verbond met zijn beloften niet meer van nut. Dit betekent niet dat het verbond er niet meer is, maar wel dat het verbond niet meer werkzaam is ten goede. Gelukkig blijft God barmhartig en belooft Hij hier om een nieuw verbond te sluiten met Israël en Juda. Dit maakt een groot verschil. Ook voor vandaag.

De Bijbel is geen encyclopedie

Ik merk dat veel christenen een knip-en- plak-theologie hebben. Dan plukken ze zomaar een tekst uit de Bijbel en passen ze die toe op vandaag. En dan beroepen ze zich ook nog op Sola Scriptura om elk weerwoord het zwijgen op te leggen. Dit klinkt misschien een beetje bot, maar ik kan daarop alleen maar zeggen: “Zo werkt het niet.” De Bijbel is geen encyclopedie waar je een vers uit kunt plukken om aan te tonen dat je gelijk hebt. Of om aan te tonen dat iets zo is, nu en altijd. De Bijbel laat ons Gods heilsplan en -geschiedenis zien, waardoor wij Gods plan en doel met de wereld leren kennen en ook de manier waarop Hij dat tot vervulling aan het brengen is. Als het gaat om het nieuwe verbond leren wij hier dus dat Israël niet eindeloos hoeft te leven onder de vloek van het oude verbond dat na de Exodus is gesloten. Daarbij is wel bepalend dat iemand deel is van het nieuwe verbond. Om dit goed te begrijpen, moet ook gelet worden op het genre van profetie.

Profetie begrijpen

Het makkelijkste voorbeeld waardoor dit duidelijk wordt, zijn de woorden “Ik zal Mijn wet … in hun hart schrijven.” Er is (hopelijk) geen mens op aarde die verwacht dat God met een pen of potlood op het hart van een mens gaat schrijven. Het is niet zo gek dat het woord schrijven in Jeremia hetzelfde woord voor schrijven is als dat in Exodus 31:18. In Exodus 31 wordt dit alleen gebruikt voor het schrijven de Tien Woorden door op de stenen tafelen. Daarbij is het wel bijzonder interessant dat Joden tijdens Pinksteren (dat zij Sjavoeot, wekenfeest noemen) herdenken dat God de Thora gaf op de berg Sinaï. Ik weet niet zeker of dit al in de dagen van Jezus zo gebeurd is, maar dat neemt niet weg dat het een heel mooi beeld is van hoe God de ultieme verbondsvernieuwing werkelijkheid laat worden.

Zoals gezegd, profetie is over het algemeen beeldtaal die niet letterlijk begrepen kan worden. Daarom spreekt Mozes ook over de besnijdenis van het hart als het gaat om de verbondsvernieuwing. In Deuteronomium troost Mozes het volk van God, nadat hij de gevolgen van de verbondsschendingen bekend heeft gemaakt. Hij doet dat door het volk voor te houden dat er herstel zal zijn en dat God de ergste situaties nog zou kunnen omkeren. De besnijdenis van het hart laat ook hier zien dat dit niet letterlijk genomen moet worden, dat is namelijk vrij dodelijk. Net als Jeremia later doet (en ook Ezechiël in 36:26-27), spreekt Mozes over een vernieuwing van het hart, zodat Gods volk werkelijk trouw zal zijn aan de HEERE. Hierin toont God Zijn genade die grenzen overstijgt. Dit blijkt ook uit de woorden van Mozes en Jeremia.

Gods volk vernieuwd

Het viel mij op bij de voorbereiding van deze meditatie dat Mozes en Jeremia’s woorden niet letterlijk te nemen zijn. Zoals ik al genoemd heb: profetische woorden zijn bijna nooit letterlijk te begrijpen. Dit neemt niet weg dat die woorden minder waar zijn, maar dat zij onderscheidingsvermogen van de Geest vereisen om goed te begrijpen. Dit werd al duidelijk als het ging om het hart besnijden of daarop Gods wet schrijven. Het blijkt ook uit het feit dat God met Israël en Juda een nieuw verbond zal sluiten en uit het idee dat God Zijn volk talrijker zal maken dan voorheen. In het eerste geval is een letterlijke interpretatie onmogelijk, omdat Israël dan al onherkenbaar opgegaan is in andere volken. Dus het nieuwe verbond overstijgt wat menselijk gezien mogelijk is: namelijk dat God een nieuw verbond aangaat en een vernieuwd volk trouwt dat alleen door het werk van de Geest mogelijk is. Dat brengt ons bij de besnijdenis van het hart waarnaar Paulus in Romeinen 2:28-29 ook naar verwijst om het jood-zijn te herdefiniëren. Op die manier zal Gods volk talrijker worden dan ooit tevoren, zoals Mozes ook al duidelijk maakte om Gods volk te bemoedigen. Zo talrijk dat zij nooit in het land Kanaän zouden passen. Wat betekent dit voor vandaag?

Erfgenaam van Abraham

Dit alles maakt duidelijk dat door deze verbondsvernieuwing Gods belofte aan Abraham werkelijkheid zal worden. God beloofde Abraham dat zijn nageslacht zo talrijk zal zijn dat er koningen en volken uit hem voort zullen komen (Genesis 17:6 en 16). Dit is niet mogelijk als het bij zijn nageslacht alleen om Israël (Romeinen 9:6) of alleen om Joden (Romeinen 2:28-29) zou gaan. Daarom gaat Abrahams erfenis uiteindelijk om de hele wereld (Romeinen 4:13). Hiervan zijn Joden niet uitgesloten (Romeinen 11:1), maar kunnen alleen deel hebben aan die erfenis door Jezus Christus (Galaten 3:29). Jij mag hier ook deel aan hebben door geloof in Christus. God had met de roeping van Abraham niet alleen Israël voor ogen, maar alle volken en de hele wereld. Dit vooruitzicht is werkelijkheid geworden met Christus die het Koninkrijk van God bracht. Dit Koninkrijk zal uiteindelijk over de hele wereld in volle glorie doorbreken wanneer Jezus terugkomt. Als jij alleen in Jezus je vertrouwen stelt, zal je deel zijn van dit Koninkrijk. Dat de bestemming van de geschiedenis in Gods handen ligt, geeft vandaag toch vaste hoop voor de toekomst?

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.